Ignace Pollet uit Beveren-Leie won provinciaal St Vincent jaarlingen in West-Vlaanderen.

In de kustprovincie werden voor de nationale wedstrijd uit St Vincent 692 jaarlingen ingetekend. Het werd een beenharde wedvlucht waarbij de aankomsten tergend traag werden genoteerd. Amper 18 van de 692 duiven bereikten hun thuishaven op de lossingsdag . De 13-3011752 van Ignace Pollet klaarde de klus van 847,857 km aan een gemiddelde snelheid van 1318,29 m/min. Hij ging als 1e ingetekende mee  . Ignace had drie jaarlingen klaargestoomd voor deze St Vincent en klokte twee ervan met provinciaal de 1e en 25e prijs op 692 d en nationaal de 11e en 129e van 3132 d. Een meer dan behoorlijke prestatie dus !

De 13-3011752 kweekte Ignace uit een weduwnaar . De vader is de “Libourne : 10-3029070 die o.a. als jaarduif een 4e won in de Fondclub van 211 d en nationaal de 30e tegen 8269 d uit Libourne. Het betreft een duiver verkregen via Vancraeynest-Soenens uit Moorsele (W-Vl) .  De moeder is de 09-3012505 en zij  komt van  Hok Eric Deprez uit Gits of m.a.w. de pure zware fondorigine.

“Dit jaar had ik problemen met de pokken”: vertelt Ignace …. “Daardoor zijn bepaalde duiven een tijdlang uit koers geweest en zaten thuis. Eén daarvan was de 13-3011752. Hij werd terug opgestart op 8 juni, deed een leervlucht van 180 km en op 14 juni zat hij op Poitiers en won in de Fondclub de 46e tegen 228 d. Toen reeds had ie zijn kunde getoond want het was weliswaar een zware Poitiers met kopwind . Op 5 juli ging ie dus mee naar St Vincent met gekend resultaat “ .

Hoe verliep de voorbereiding voor de weduwnaars bij Ignace !

Weduwnaars en kwekers werden gekoppeld op 1 maart. Weduwnaars krijgen één jong in het nest, maar éénmaal dit jong de leeftijd van 10 à 14 dagen bereikt heeft , wordt de duivin weggenomen.  Op die manier kan Ignace zijn duiven opdragen terwijl ze nog hun jong opbrengen. Na enkele lapvluchten gaan ze mee naar de 180 km, voor de jaarse is dit 2 maal, de oude doen dit 1 à 2 maal. De oude vliegen daarna een vlucht van 300 km en zo zitten ze klaar om de grotere afstanden aan te pakken. De jongen duiven vliegen in hun geboortejaar een drietal maal een vlucht van 180 km , daarna gestopt .

Weduwnaars trainen 2 x daags één uur met gesloten ramen.  Na het vliegseizoen ( half oogst) wordt er terug gekoppeld en mogen de duiven nog een jong groot brengen. Vanaf dan is er de ganse dag open hok en blijven de weduwnaars samen tot half november . Eénmaal die tijd is aangebroken blijven de duiven binnen tot half februari en krijgen lichte voeding met mineralen en grit. Tijdens het vluchtseizoen is dit voor de helft zuivering en voor de helft  “Sport” tot zo’n 4 dagen vóór de inkorving, dan wordt overgeschakeld naar 100 % “Sport”. Vóór het koppelen is er een kuur tegen tricho. Bij thuiskomst is er glucose / electrolyten in de drinkpot.

Tot zover het verhaal over de jaarlingduiver die Ignace de provinciale bloemen bezorgde op St Vincent. Bij deze nogmaals onze hartelijke felicitaties .

J. Mestdagh